Menno ter Braak
aan
E. du Perron

Den Haag, 15 december 1934

den Haag, 15 Dec. '34

Beste Eddy

Ondanks alle zoeken (Ant is er een halve dag, improviseerend van links naar rechts, mee bezig geweest) komt het Nietzschecitaat nog niet terecht! Wel zijn er allerlei andere aanhalingen voor den dag gekomen, maar niet deze! Maar wij geven de moed nog niet op. Misschien zit het noodlottige stuk in een heel gek artikel waar ik het absoluut niet kan vermoeden! Dus: hierover nader meer, en hopelijk beter!

Ik zelf zocht ook, maar met even weinig resultaat. Gisteren hield ik een lezing in Bergen en logeerde zeer tot genoegen (wederzijds geloof ik) bij Jany. Sedert dit bezoek schat ik hem nog hooger dan ik al deed; hij is alleraardigst, allervriendschappelijkst en een qualitatief ander mensch dan Pom-Jacques-Vic. De eenige dichter, die werkelijk is wat hij dicht [de gesublimeerde puberteit kan blijkbaar een zeer edele gedaante hebben]. Wij hadden lange gesprekken en bleken het eigenlijk erg eens. Ik hoop hem nader aan Forum te verbinden en hem de volgende maand hier te logeeren te hebben. Slau zou ook komen, maar was ongesteld.

Wat je oordeel over de dialoog betreft: Rudie, die hier vanmiddag was, zei ongeveer hetzelfde, en Ant had al iets dergelijks gezegd. De publicatie in tijdschriftvorm was zeker verkeerd, maar dat wist ik ook vooruit. Ik ben ervan overtuigd, dat, omdat het stuk een inleiding is, de indruk totaal anders zal zijn in het boekverband. Deze redeneering over den ‘zin’ is n.l. nu nog ‘zinneloos’, maar blijkt een conditio sine qua non voor wat volgt. (den zin van den nieuwen mensch). Of de dialoogvorm al dan niet juist is kan ik nog niet beoordeelen, omdat het boek zich eenvoudig als dialoog aan mij opdrong en het schrijven ervan samenhangt met deze voortdurende celdeeling. Natuurlijk is het een twee-eenig debat, en zijn Gijsbertus en Ik beide: ik.

Ik zal al mijn best doen voor Ducroo in Januari. Hoe alles er weer in moet, weet ik nu nog niet. Het verdringt zich weer, en op een erg hopelooze manier. - De copie, die ik hier heb van Ducroo, heeft toch niet voor een deel in Gr. Ned. gestaan? Ik ben in de war geraakt.

Last hebben we niet genomen. Ik vond zijn stuk meer een verslag met wat commentaar dan een sluitend betoog of een document van eenige andere waarde. Het grootste deel van deze ‘inlichtingen’ heeft een geïnteresseerde ook elders al kunnen lezen en ik ben van plan dit jaar zooveel mogelijk alleen het beste te nemen. Liever dan maar wat meer Vestdijk en du Perron dan halfslachtig gedoe à la Last. Ieder goed stuk van hem nemen we natuurlijk. (Vic was alleen voor dit stuk!)

Schreef ik je al, dat Noth een goede kans maakt bij van Loghem Slaterus?

Ik heb mij (al vroeger) op de Nieuwe Kern geabonneerd, omdat het blaadje me wel sympathiek leek (al verdient die heer voluit je afstraffing). Ik geloof, dat het grootendeels O.S.P.-leden zijn, met misschien trotskistische gevoelens.

Voor Bep hartelijk dank voor haar kaarten. Ik zond dadelijk Eva. Wat vindt zij van den dialoog? Graag antwoord hierop!

Antonini schreef al over Vercel, heel behoorlijk. Ik heb morgen een stuk over Engelman en Nijhoff, dat ik zelf ‘Forumrijp’ vind; het wordt naar Parijs gestuurd, of ik stuur het zelf naar Bretagne. Hart. gr. 2 × 2 je

Menno

10 uur av. Ant verzekert nogmaals, dat zij niets vinden kan! Het is toch niet: ‘Ihr Deutsche, ihr seid so tief, ihr seid noch nicht einmal oberflächlich!’? Ik spring naar Wijdenes!

Zie ook de geactualiseerde versie van het notenapparaat van de brieven-editie Van Galen Last (1962).

 

Origineel: Letterkundig Museum, Den Haag

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie