Menno ter Braak
aan
J. Greshoff
Den Haag, 24 augustus 1939
Den Haag, 24 Aug. 1939
Beste Jan,
Hartelijk dank voor de twee brieven van 12 en 15 Aug., waarop ik nu niet uitvoerig kan antwoorden. Deze brief dient alleen om jullie een laatste levensteeken te geven, voor het geval vandaag of morgen het luchtverkeer wordt stopgezet en de oorlog uitbreekt. Wat er dan van ons wordt, moeten wij maar geloovig overlaten, maar deze bedreiging door de Teutonen, die ieder jaar terugkeert, was ook niet meer te dragen, en als de Engelschen er nu eindelijk op los gaan, zullen wij ons in dit onvermijdelijke moeten schikken. Ik ben momenteel gelaten; ik heb zoolang ik bewust leef getracht voor iets op te komen, dat nu blijkbaar op een plebejische manier toch in het geding zal komen: de menschelijke waardigheid, of hoe je het noemen wilt. Ik verbeeld me niet, dat die aan den kant van de Engelschen is, maar ik weet alleen, dat het zoo geen menschwaardig leven meer was in Europa. Komt er op het laatste oogenblik toch nog een tweede München, dan beteekent dat, dat dit jaar Oost-Europa naar de haaien is, en Hitler het volgend jaar tegen het Westen optrekt, of dat wij onder Duitsche ‘invloedssfeer’ moeten leven, op zijn slowaaksch. In dat geval tracht ik het volgend jaar naar Z. Afrika te emigreeren, want dan kan ik hier toch niets meer doen. Het lijkt er echter op, of het zoover niet zal komen, en dan is het de vraag, of wij elkaar weerzien op dit ondermaansche. Laat ik jullie ten overvloede nog eens zeggen, hoeveel jullie vriendschap voor ons beteekend heeft. Het kan morgen te laat zijn, en als het niet te laat is, is het toch niet voor niets gezegd.
Eén voldoening kregen wij nog: te mogen constateeren, dat onze opvatting over de gelijksoortigheid van Hitler en Stalin, dat Gide's ‘Retour’ inderdaad op naakte feiten berustte. De hakenkruisvlag heeft te Moskou uitgehangen.
Het beste voor jullie allen! En een hartelijke hand over den evenaar van je
Menno
Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum