Menno ter Braak
aan
J.M.B. Stolte

Rotterdam 26 september 1929

R'dam, 26 Sept. '29

 

Lieve Hanneke,

Zoo juist kwam de telefoon, dat alles goed is afgeloopen; van harte gelukgewenscht vast, hoor, en zaterdag beter! Helaas was ik nog niet van school terug, zoodat ik de boodschap van de juffrouw moest ontvangen; maar blijdschap niet minder groot. Vader en moeder dronken hier juist koffie en zijn nu een tocht door de havens aan het maken, terwijl ik weer schriftelijk werk corrigeer. Zij komen je Dinsdag middag opzoeken, gaan dan door naar Eibergen - zoodat ze ook niet in Zeist kunnen komen; hun reisplan schijnt n.l. angstig berekend in elkaar te zitten. Ik zelf hoop de trein van 1.09 te halen zaterdag; ik kom dan dadelijk na aankomst naar je toe. Het zal met een beetje haasten wel gaan, denk ik.

Met de kleermaker kan ik tegelijk wel onderhandelen, laat hem dus maar weten, dat ik er zijn zal.

Boeken breng ik voor je mee, tenminste als je geen v. Hoogstraten-Schoch gaat prefereeren boven mijn keuze.

Kan ik zondag ook weer aankomen? Of mag dat niet? Toch wel?

Vanavond ga ik met moeder en Tine in de stad eten, De oude heer verdwijnt weer naar Tiel, waar hij logeert. Ik liet ze het Lyceum nog zien, dat hun erg beviel van buiten. Gisterenavond was ik bij de Ottens en bewonderde opnieuw hun huis en bedden. Ik had n.l. toch niet de ware rust op mijn kamer voor ik bericht had over de operatie.

Nu, zaterdag dus! Dag!

Menno

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie