Ed. Pelster
aan
Menno ter Braak (Rotterdam)
Den Haag, 22 juni 1930
22 Juni 1930.
B.M.
Gisterenavond bij mijn thuiskomst uit het ‘zonnige zuiden’ vond ik je brief van 18 dezer, waarvoor mijn besten dank.
Zeer onvoorziene omstandigheden voorbehouden ben ik op 5 Juli op de Liga-vergadering. Er moet dan inderdaad het noodige besproken worden. Voor dien tijd zien we elkaar nog wel eens in Rotterdam of mocht je neiging hebben eens een avond naar Scheveningen te komen, meld het me dan maar. Je bent steeds van harte welkom. Als je een zwemliefhebber was (wat ik niet weet), kan je ook overdag komen en regel ik er dan mijn werk naar. Deze week heb al al een film verhuurd in zee en een onderhoud met den filmkeurder gehad. Dat gaat uitstekend!
Je afrekeningsstaat zal ik met diverse stukken nagaan en je in den loop der volgende week laten weten of de zaak met mijn gegevens stemt. Voor de vergadering zal ik ook nog de noodige documenten gereed maken.
Over brief Soerabaia schrijf ik je hierbij afzonderlijk en bespreek mijn mededeelingen vanavond ook nog met Franken, die je er dan nog nader over bericht. Ik heb al, voorgesteld om er heen te gaan, maar Mannus vindt dat dat hem beter ligt. Misschien zou hij bang zijn voor mijn privé-zielsrust in Soerabaia. Enfin, we zien wel.
Met hart. groeten t.t.
Ed. Pelster
Origineel: Amsterdam, EYE Film Instituut Nederland