Menno ter Braak
aan
H.P. Leopold's Uitgevers Maatschappij
[Den Haag], 30 november 1939
30 Nov. 1939
Zeer geachte Heer Leopold,
Voor de goede orde laat ik U even weten, dat de redactie van Vrije Bladen gisteren vergaderd heeft en zich, na Uw toezegging, eveneens bereid verklaart het tijdschrift wederom voor een jaar voort te zetten. Wij hebben kennis genomen van de voorwaarden, waaronder die voortzetting mogelijk zal zijn, en gaan daarmee accoord, al spijt het ons, dat de verzorging van de schriften afzonderlijk, die een ‘moreel’ succes was, ten gevolge van de minder gunstige financieele resultaten moet worden vervangen door een vast omslag met verwisselbaren titel.
Het bedrag voor de redactie zouden wij dit jaar als volgt willen verdeelen: De Gruyter f.100, Stuiveling f.50, Ter Braak f 50. Wanneer U dit gelegen komt, wilt U een en ander wel eens laten overschrijven op onze resp. gironummers? Ook zouden wij graag een overzicht ontvangen van de in den loop van het jaar vekochte nummers, teneinde een indruk te kunnen krijgen van de verkoopbaarheid der schriften.
Ik hoop U dezer dagen op te bellen om eenige zaken mondeling te bespreken. Van De Gruyter ontvangt U vandaag of morgen het laatste cahier van dezen jaargang, zijnde een beschouwing van Cornelis Veth.
m.v.gr. en hoogachting
Doorslag: particuliere collectie