Menno ter Braak
aan
J.M.B. Stolte

Zeist, 19 januari 1930

Zeist, 19 Jan. 1930

 

Mijn lieve Hanneke,

Vanwege de Zondag en omdat ik in Zeist ben en mij blocnote vergeten heb, schrijf ik op dit ongewoon fraaie papier! Gisteren kwam hier juist je brief aan, zoodat ik van je laatste gestes op de hoogte ben, al vermoed ik, dat ik wel gauw zelf een brief van je zal vinden. Ik zond je inmiddels, na mijn brief nog de Vrije Bladen; die zul je nu ook zeker ontvangen hebben. Mama zegt mij daar juist, dat ze je deze week zal schrijven; ik breng dat maar dadelijk over, want anders mocht ik het eens vergeten. Stel je gerust: ik ben uitvoerig in bad geweest, heb me omstandig van allerlei schoon goed voorzien, en ben dus geheel in een reine toestand. Maar ik was pas om 12 uur beneden! Trof hier alles in welstand aan, ook Johan en Phieta. De eerste zit juist met zijn vader te dispuleeren over de vraag of hij vanavond mee ‘mag’ met mij naar Eisenstein in Amsterdam. (Jij in Parijs lacht, denk ik!) Die houdt daar n.l. een voordracht en Johan tracht zijn goed recht daarop te verdedigen. Ik zal er vanavond in Rotterdam nog wel even bij schrijven, hoe het is afgeloopen.

Gisteren was ik te midden van de vriendenkring, bij De Gemeenschap. Veel vragen beantwoord natuurlijk. Waar jij was; je bent al een geziene persoonlijkheid daar! Het was een receptie in Pays-Bas, ongeveer als bij de promotie van Donkersloot. Rede’s van Fockema, Andreae, Prof. Pompe en... den heer Dirk Binnendijk, als redacteur van de Vrije Bladen, die eenige stoutigheden over het katholicisme te berde bracht. De Lichtvelden waren er, Emmy was er ook en ook Rien... Marsman. Henny zat te schrijven thuis en was niet te bewegen geweest, om mee te gaan. Na afloop was er natuurlijk een gemeenschappelijke borrel, waarbij plotseling Cecilia Lichtveld verscheen, die van arm tot arm ging en zich daarbij erg amuseerde. Het was bepaald gezellig. Daarna gingen Dirk-Enny en ik met Rien naar de nieuwen huize Marsman. Deze thuisgetroffen, waardig in zijn nieuwe milieu. Beiden, zoowel Rien als Henny waren boos, dat we er nog niet geweest waren, waarop ik gerepliceerd heb met mijn boosheid, omdat zij ons geen bericht van hun trouwen hadden gestuurd; en daarmee was de zaak weer bijgelegd. Ik heb er alle bewondering voor, zooals zij van een schijntje geld hun huis uitstekend hebben ingericht. Er staat weinig, maar wat er staat is goed en het geheel is werkelijk bewonderenswaardig. Gematigde stijl van Ravesteyn, veel hebben ze zelf gedaan. 's Avonds ging ik door naar Zeist, niet, dan na een heerlijk cadeau voor je te hebben gekocht, dat ik in Utrecht zag, waar ik onmiddellijk op verliefd werd en dat ik dus onmiddellijk annexeerde. Ik zeg niet, wat het is; het is te groot, om te verzenden, maar met Paschen zul je het wel zien. Blijf tot zoolang maar nieuwsgierig.

Ik ben nog niet besloten, wat ik op mijn verjaardag zal doen. Dat hoor je nog wel. Lezing in Dordrecht is in ieder geval niet op dien dag maar 23 Febr. Eén brief voor mijn verjaardag heb ik intusschen al, natuurlijk van Jo, want die kan geen data onthouden. Verleden jaar kwam hij 26 februari, iets te laat dus. Hij is ook voor jou, dus ik sluit hem hierbij in. Ze weet nog niet, dat je in Parijs zit, dus ik zal haar gauw even op de hoogte stellen. Schrijf haar ook eens, als je wilt, je ziet, dat ze je graag weer eens wil spreken.

Van mijn boek heb ik de eerste proeven al gehad. Het ziet er keurig uit voorloopig. Ik wacht nu op het ontwerp voor de band.

Uit Eibergen ook een brief met goede berichten. Je was dus al in Cluny. Vond je het niet geweldig, die ontelbare houten Madonna’s? Het is iets om tweemaal naar toe te gaan. Hoorde je al iets van Mannus? Je zag dus ook al Jardin du Luxembourg, ditmaal in zijn natuurlijken staat.

 

Rotterdam

Vind juist half twee thuiskomend je lange en fijne brief. Daar antwoord ik vanavond natuurlijk niet meer op, maar zoo gauw ik tijd heb. Je houding is precies, zooals ik dat van jou verwacht had! In alles.

Johan ging vanavond mee naar Amsterdam. Een merkwaardig man, die Eisenstein. Over het debat tusschen ons later meer.

Houd je goed, hoor! Veel, veel zoenen van jouw

Menno

 

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie