Ed. Pelster
aan
Menno ter Braak (Rotterdam)

Den Haag, 21 april 1930

21 April 1930.

B.M.

Zaterdagmiddag in ‘De Uitkijk’ kreeg ik van Jufrouw van Dongen bericht dat Jardin de Luxembourg en Stad zoo goed als zeker niet tijdig in Kopenhagen kunnen zijn.

Joris heeft n.l. uit Rusland alleen Zuiderzee zoo vlug mogelijk terug laten sturen omdat hij die zelf noodig had en heeft de andere films er maar rustig laten liggen, die nu als vrachtgoed blijken te zijn afgezonden en dus nog wel een tot twee maanden onderweg zullen zijn.

Ik vind het buitengewoon sympathiek van Joris en kan me zijn verantwoordelijkheidsgevoel niet goed verklaren. Om hem een plezier te doen geef ik een copie mee, die hier betaald is en geld kan opbrengen. Al dien tijd blijft de film met hem weg en had ik dan toch minstens verwacht, dat hij zorgen zou dat ze tegelijk met hem zou terugkomen. 't Is al weer een leer voor later.

Capi heeft een copie van Zuiderzee en De Brug naar Kopenhagen gezonden.

Wat je van ‘De Uitkijk’ moest krijgen is ook per K.L.M. naar je toe.

Vanmorgen heb ik met Franken in Parijs getelefoneerd om te zien van uit Parijs nog een copie van Luxembourg naar Kopenhagen te werken. Hij zou zien wat hij er aan kon doen en zou jou heden nog trachten te vinden. Of hem dat gelukt is, weet ik niet.

In ieder geval wilde ik je dit even schrijven opdat je weet wat je in Kopenhagen verwachten kunt en niet tevergeefs naar films zit uit te zien. Voor Franken vind ik het jammer, daar het nu op slot van rekening een uitsluitend Ivens-programma wordt. Enfin, we zullen maar zeggen een volgende maal beter.

Altijd is er last als je niet zelf de copieen onder je hebt.

Van Tuksib hoorde ik niets naders. Morgen waarschijnlijk. Gold rush doet het zeer goed in ‘De Uitkijk’.

Verder veel succes en tot ziens. Met hartelijke groeten t.t.

Ed. Pelster

Origineel: Amsterdam, EYE Film Instituut Nederland

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie