Menno ter Braak
aan
Elisabeth de Roos

[Amsterdam], 8 maart 1929

8. III. '29

LB

Heel veel dank voor je uitvoerige en nu enorm duidelijke inlichtingen! Ik kon je niet eerder schrijven, omdat ik voortdurend in de weer was met de Filmliga. Gisteren in Eindhoven, waar de Coquille schandaal verwekte bij den aanhang van meneer pastoor, zoodat we nu wel gauw op den index zullen komen. Ik heb er bij voorbaat al vrede mee. Overigens een zonderling amerikaansch milieu daar bij Philips. Niets is zonder Philips, ook de menschen zijn gemerkt met Philips.

Ik schreef aan prof. Methorst in vrij vage termen; liet iets los over mijn (publieke) leven tot op deze dag, maar verviel niet in al te veel bijzonderheden. Natuurlijk weet ik niet, of ik te veel of te weinig schreef; dat zal het resultaat, mocht er van de heele zaak iets komen, uitwijzen. In ieder geval stel ik je voorspraak in zulke penibele aangelegenheden als baantjes voor een niet erg sociaal mensch hogelijk op prijs!

Over het verloop van onze discussie in ‘Winkels’ geneer ik me. Ik had een onjuist uitgangspunt gekozen en kon daardoor geen juiste dingen zeggen. Maar vermoedelijk zul je dat wel begrepen hebben. Trouwens, ik kan helaas in deze materie niet objectief spreken. Het is alles pleidooi.

Morgen moet ik ... een kindervoorstelling met films inleiden in den Haag, voor H.B.S. leerlingen, hoogere klassen. Benieuwd, of dat experiment zal opgaan.

Ik zou graag eens komen logeeren, maar heb, buiten de Ligatijden om, nooit rust voor dat boek van me af is. Daarna, hoop ik, wel weer!

Veel hart. gr.

je Menno

Origineel: particuliere collectie