A. Roland Holst
aan
Menno ter Braak

Bergen N.H., 29 november 1935

Bergen. N.H.

Nov. 29. '35

Vrijdag

Beste Menno,

Nog wel zeer bedankt voor je stuk over Couperus, dat mij bijzonder sympathiek is en waar ik 't volkomen mee eens ben. - Zeer tot mijn spijt miste ik je stuk over Huizinga's schaduwen, en je polemiek met Ina Bébé. Zou je mij die niet eens kunnen sturen? Na lezing zend ik 't je direct terug. - Huizinga's boek viel mij eerst nogal mee, d.w.z. in de details, de formuleeringen, want al dadelijk voelde ik in laatste instantie er toch te zeer de wrevelige, haast korzelige, ontevredenheid in van den geleerde, die vindt, dat de zaak niet meer klopt. En nu ik 't na enkele weken weer eens doorkijk overweegt die laatste instantie, en vind ik 't ten slotte een boek zonder temperament en zonder temperatuur.

Eddie schrijft opgewekt uit Bretagne, en schijnt er zeer productief te zijn - allemaal voor ‘Groot-Nederland’. Ik vind 't toch wel heel jammer van ‘Forum’. -En hoe maken jullie 't?-

Laat eens wat hooren, al is 't maar een kaart, en stuur mij zoo mogelijk die stukken.

Hart.gr., ook aan A., van

je Jany

Origineel: Den Haag, Letterkundig Museum

vorige | volgende in deze correspondentie
vorige | volgende in alle correspondentie